Lasius
citrinus Emery
Datum van de beschrijving: 1922
Beschreven door: Emery, pagina 12.
Referentie van de originele beschrijving:
-
Emery,
C., 1922. Il genere Lasius (F.) Mayr, e particolarmente le forme mediterranee
del gruppo umbratus Nyl.
Boll. Soc. Entomol. Ital. 54: 9-15.
Synoniemen:
- Lasius
affinis (Schenck)
- Formica
affinis Schenck
Nederlandse
naam: langhaarmier
* * * * *
typebeschrijving
Che il Lasius dell' Italia meridionale, determinato erroneamente da me per L. affinis , sia una forma del gruppo bicornis , non esito col Viehmeyer ad ammetterlo. Ma a moi parere bisogna farne una varietà distinta :
-
per la forma della squama della (vedi la mia figura del 1916) ;
-
per l'habitat discontinuo dalle altre forme, nell' Italia meridionale e media ; non fu trovato sinora nella Pianura Padana nè in Liguria.
Propongo di nominarla var. citrina n., per l'odore intenso di limone che esala. Nella descrizione del L. incisus (sinonimo quasi certo del L. bicornis ), lo Schenck dice che questa Formica ha un odore forte, che però non definisce.
* * * * *
De verspreiding van de langhaarmier lijkt hetzelfde patroon te vertonen als dit van Lasius bicornis. In Nederland noteert men de soort in het zuiden van de provincie Limburg. J. van Boven maakt melding van een dichtbevolkt nest dat op 4 mei 1954 werd gevonden te Mechelen, ten zuiden van de baan Maastricht - Aken. Er is slechts één waarneming voor België (Hoge Venen) genoteerd door Gaspar. We merken dus op dat deze zeldzame mier net zoals Lasius bicornis slechts een paar maal werd waargenomen langs de oostgrens van België in het stroomdal van de Maas.
* * * * *
|